Na een eerste deel over hoe hij jarenlang in Delft in ballingschap leefde, nu het verslag over hoe hij na 47 jaar voor het eerst terugkeert naar Papoea. Een reis die ik zelf ook meemaakte, zoals te zien is in de film, als een van de journalisten die meereisden naar zijn geboorte-eiland in de baai van Jayapura. Hier het verhaal dat ik toen schreef.
De film laat op een indringende manier het speelveld zien waarin Jouwe en zijn kinderen Nico en Nancy moesten manoeuvreren. Hoe ze alle zeilen moesten bijzetten om te voorkomen dat de Indonesische regering Jouwe zou inzetten voor haar eigen propaganda. ‘ Vrijheidsstrijder geeft zich over’, was het verhaal dat de regering in de Indonesische media wilde terugzien. Het lukte de Jouwes met moeite om het beeld bij te stellen.
En dan het gevaar. Over Skype-video raadt een familielid Nancy Jouwe aan op te letten wat haar vader eet, niets aan te nemen van vreemden. Is dat echt nodig? Tja, niemand die het weet, maar Nancy en Nico zorgen in elk geval dat ze geen minuut van hun vaders zijde wijken.
Jouwe blijft intussen kalm en scherp. Hij geniet van de tweede kans die hij krijgt om weer iets voor zijn volk te doen, na 47 jaar aan de zijlijn. Hij blijft diplomaat in hart en nieren. Wil niemand voor het hoofd stoten, maar laat zich ook niet gebruiken.
Al is dat moeilijk. Zoals de film goed laat zien, werden de Jouwes tijdens hun week in Indonesië aan een stuk door geleefd. Van de toezeggingen van tevoren, dat Jouwe elke plek die hij wilde mocht bezoeken en kon praten met wie hij wilde, kwam niets terecht.
De film eindigt ermee dat Jouwe erover denkt om weer voorgoed in Indonesië te gaan wonen. Ik weet inmiddels hoe het afloopt. Twee weken geleden zocht ik Nicolaas Jouwe en zijn zoon hier in Jakarta op, terwijl zij zich voorbereiden op de grote verhuizing van Jouwe naar Jayapura (hier het verslag, voor abonnees).
Hij gaat daar in een mooi huis wonen, betaald door de Indonesische regering, met allemaal neefjes, nichtjes en kleinkinderen om zich heen. Onafhankelijkheid voor Papoea is voorlopig niet realistisch, weet hij. Al zal hij zeker niet zeggen dat hij dat streven opgeeft. Maar in de tussentijd hoopt hij te kunnen bijdragen aan iets wat net zo belangrijk is: te zorgen dat de Papoeas het beter krijgen dan nu.