Het Parool – zaterdag 27 juni 2015 pag 14 Buitenland

TEKST EN FOTO'S WILMA VAN DER MATEN

Een op de drie inwoners van de Indonesische provincie Papoea heeft aids. Onafhankelijkheidsleiders verdenken Jakarta ervan de bevolking opzettelijk met het virus te besmetten. Het leger krijgt de Papoea's, die al meer dan vijftig jaar voor een eigen staat vechten, er maar niet onder.


straatjongens0022

Straatjongeren die besmet zijn met aids of hiv in Wamena, een grote stad in de Provincie Papua

De 25 jarige Christine is vel over been. Haar uitgedroogde huid zit vol etterende wonden. Twee maanden geleden werd bij de student financieel management aids vastgesteld. Haar familie wil haar niet in huis. De ouders zijn bang dat ze iedereen besmet. Ze woont nu tijdelijk in het opvangtehuis voor aidspatiënten van de katholieke kerk in Wamena, een grote stad in de Indonesische provincie Papoea.
Naast haar zit Lince (17), een middelbare scholier. Ze was verliefd op een jongen uit haar dorp. Van haar ouders moest ze met hem trouwen. Seks voor het huwelijk is niet toegestaan. Lince wist niet dat bij aids had. Ze heeft naast hiv ook malaria en tuberculose. Naar school kan ze niet terug. De directeur weigert haar toe te laten. Van haar man heeft ze nooit meer wat gehoord. "Misschien is hij wel dood," zegt ze verdrietig.
Volgens mensenrechtenactivist Marcus Haluk zijn de vrouwen het slachtoffer van een 'nieuwe, gewelddadige campagne van de Indonesische bezetter'. Het leger krijgt de opstandige Papoea's er na meer dan vijftig jaar niet onder. Om het 'Papoea-onkruid' definitief te bestrijden hebben de veiligheidstroepen een andere tactiek bedacht. Niet het geweer maar hiv moet zo veel mogelijk doden veroorzaken in deze opstandige Indonesische provincie.
Haluk: "Onder president Soeharto waren het de transmigranten van de eilanden Java en Sulawesi die onze economie overnamen en ervoor zorgden dat we in bittere armoede terechtkwamen. Nu zijn het de met hiv besmette prostituees afkomstig van dezelfde eilanden die ons doden. Aids werkt als een sluipende genocide in Papoea."
_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

‘Nog even en er is straks geen Papoea meer over’
_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Inmiddels heeft een op de drie Papoea's aids. In een van de aidskliniekjes bevestigt de arts Man Logo dat de komst van prostituees heeft gezorgd voor een snellere verspreiding van de ziekte. "Volgens onze traditie onthielden stellen zich in de eerste drie jaar na de geboorte van hun kind van gemeenschap. Tegenwoordig gaan mannen naar publieke vrouwen."
Aids heeft de Papoeasamenleving ontwricht. In alle lagen van de bevolking zijn mensen besmet. "De Papoea's sterven bij bosjes," zegt Yanpiet Lokobal. Hij is de coördinator van de aidsshelter waar Christine en Lince worden verpleegd.
Ook hij verwijt de regering in Jakarta dat dertig procent van de bevolking aids heeft. "De ambtenaren op de ministeries zijn moedwillig veel te laat begonnen met het opzetten van voorlichtingscampagnes. Artsen durfden door de gebrekkige informatie aanvankelijk de dorpjes in het binnenland niet in. Ze waren bang het virus te krijgen. Nog even en er is geen Papoea meer over."
"Wij zullen tot onze laatste snik vechten voor vrijheid," zegt Markus Haluk. "Je kunt ons doodmaken, met wapens of met aids, maar onze ideologie pak je nooit van ons af.

"Elk openbaar verzet is in Papoea verboden sinds Indonesië in 1963 de laatste Hollandse kolonie - het toenmalige Nieuw-Guinea - annexeerde. Maar de Papoea's blijven zich met gevaar voor eigen leven tegen 'de Indonesische bezetter' verzetten.
Voor vandaag staat er opnieuw een demonstratie gepland. Enkele straten verwijderd van de kliniek waarin Christine ligt, arriveren trucks vol oproerpolitie. De mobiele eenheid probeert met wapens in de aanslag boze Papoea's af te schrikken.
De demonstranten hebben zich vanochtend al vroeg verzameld op de markt van de stad. Straks voor het lokale parlement willen ze de vrijlating eisen van de leden van de Dewan Adat, een 'raad van wijze mannen'. De politie arresteerde hen een maand geleden tijdens het bezoek van president Joko Widodo aan Papoea.
De demonstranten hebben zich vanochtend al vroeg verzameld op de markt van de stad. Straks voor het lokale parlement willen ze de vrijlating eisen van de leden van de Dewan Adat, een 'raad van wijze mannen'. De politie arresteerde hen een maand geleden tijdens het bezoek van president Joko Widodo aan Papoea.
De leiders kwamen in opstand omdat niet zij maar de door Jakarta samengestelde leden van de Dewan Adat voor een gesprek met de president waren uitgenodigd. Volgens de Nederlandse pater Frans Lieshout (80), die al 53 jaar in Papoea woont, was het bezoek van de president een farce. "Papoea's hadden zo graag hun ongenoegen aan de president kenbaar willen maken. Ze kregen geen kans."
Ondertussen stijgt op de markt de spanning. Soldaten met zwarte bivakmutsen met een wit doodshoofd erop porren demonstranten met hun wapens. Vorige week nog schoten militairen in het bergachtige gebied Puncak Jaya vijf Papoea's dood. Ze beweerden dat de mannen deel uitmaakten van de Beweging voor een Vrij Papoea, OPM. Maar OPM bestaat nauwelijks meer. Volgens mensenrechtenactivist Haluk is er een sterkere, intellectuele beweging voor in de plaats gekomen.
De Verenigde Bevrijding voor West Papoea, een coalitie van verschillende afscheidingsbewegingen, werd vorig jaar december door onafhankelijkheidsleiders in ballingschap in het buurland Vanuatu opgericht. Tegen het zere been van de Indonesische regering heeft de nieuwe Papoeabeweging zich aangesloten bij de buurlanden in Melanesië, naast Polynesië en Micronesië een van de drie grote eilandengroepen in de Stille Oceaan. Ze voelen zich met hun kroesharen meer verwant met de Melanesische dan met de Maleisische cultuur op Java.
Tot grote woede van Jakarta steunen de leiders van landen in de Stille Oceaan, waaronder Papoea-Nieuw-Guinea, de Papoea's bij hun onafhankelijkheidsstrijd. Sindsdien voeren militairen de repressie op. Haluk ontvangt geregeld doodsbedreigingen en is al een paar keer opgepakt.
De mensenrechtenactivist, een voormalige student van pater Lieshout, haalt zijn schouders op. "Wij strijden," zegt hij, "niet langer vanuit de jungle met ouderwetse wapens tegen de Indonesische bezetter, maar met onze hersenen.  Het grootste probleem is het slechte onderwijs in West-Papoea. De mensen worden bewust dom gehouden. Dat is ook de oorzaak waardoor zo veel Papoea's aids hebben gekregen."
Ook volgens de arts Man Logo is gebrekkig onderwijs een van de oorzaken van de epidemie. Maar de Papoea's zouden ook meer verantwoordelijkheid moeten nemen. Het is te gemakkelijk, vindt hij, om alleen de regering in Jakarta de schuld te geven.
"Mannen weigeren condooms te gebruiken. Het tast het genot aan, beweren ze. Ik leg ze uit dat ze met hun gedrag hun eigen volk ziek maken."
De klinieken beschikken over goede aidsmedicijnen. Maar veel zieken gebruiken ze slechts voor een paar maanden. "Op het moment dat ze zich beter voelen, stoppen ze ermee," zegt Logo. Zijn verpleegkundigen bezoeken daarom patiënten thuis om hen te overtuigen door te gaan met hun medicijnen en voor controle naar het ziekenhuis te blijven komen.

Pater Lieshout, die zelf meer dan 25 scholen in Papoea oprichtte, pleit voor betere voorlichtingscampagnes. In deze grootste Indonesische provincie worden bijna driehonderd verschillende talen gesproken, maar de brochures zijn voornamelijk in het Indonesisch geschreven. De meeste Papoea's buiten de stad spreken geen Bahasa Indonesia. Ze hebben nauwelijks kennis over hiv.
Het geld is er. Sinds de regio in 2001 speciale autonomie kreeg, ontvangt Papoea veel financiële steun van internationale ngo's, kerken en - ironisch genoeg - ook van de regering in Jakarta. Maar pater Lieshout vermoedt dat veel geld door corruptie verloren gaat.
De nationale regering zou de uitgaven beter moeten controleren, zegt hij. "De corruptie leidt tot onderlinge gevechten. En Jakarta, dat zich nooit om de Papoea's heeft bekommerd, is de lachende derde."
In het opvangcentrum van de katholieke kerk vertelt een doodzieke Christine dat ze over enkele maanden, als ze is aangesterkt, haar strijd voor de onafhankelijkheid van West-Papoea wil hervatten. "Ik blijf leven. Ik ga pas dood als mijn land is bevrijd."


Het grootste bedrog uit hun geschiedenis. Zo noemen de Papoea's nog steeds de uitslag van de zogenaamde volksraadpleging in 1969. Volgens het verdrag dat Jakarta en Den Haag in 1962 sloten, zou Nederland afstand doen van zijn laatste kolonie Nieuw-Guinea, op voorwaarde dat er zo'n volksraadpleging zou komen.Maar het waren niet de Papoea's die democratisch over hun toekomst mochten beslissen. Jakarta wees een aantal 'wijze mannen' aan die unaniem voor aansluiting bij Indonesië kozen. Daarna werden de Papoea's gedwongen staatsburgers te worden.
De regering in de hoofdstad toonde vooral een grote liefde voor de rijke bodemstoffen, waaronder goud, in de nieuwe provincie Irian Jaya. Voor de bosjesmensen met hun peniskokers toonde ze een grote minachting. De Papoea's bleven morren. De regering stuurde het leger om de bevolking eronder te houden. Als tegenreactie werd de bevrijdingsbeweging OPM opgericht. Toen in mei 1998 president Soeharto aftrad, zetten de Papoealeiders opnieuw hun vrijheidsideaal bij Jakarta op de agenda. De provincie kreeg speciale autonomie en mocht zich Papoea noemen. Meer bestuurlijke verantwoordelijkheid is voor de onafhankelijkheidsstrijd de dood in de pot. De Papoea's worden nu overspoeld met geld vanuit Jakarta. Het nieuwe goud leidt niet alleen tot onderlinge ruzies, maar ook tot corruptie. Van OPM is niet zoveel meer over.