Diep in de binnenlanden marcheren de laatste Papoeastrijders, bewapend met vooral houten geweren. De onafhankelijkheidsoorlog is voorbij, maar een stille strijd woedt voort in het Indonesische Papua, het vroegere Nederlands-Nieuw-Guinea.
Stille strijd voor gestolen land in Papua
Een Papua wordt tijdens een demonstratie geschopt door een Indonesische politieagent.
Betogingen voor onafhankelijkheid worden regelmatig met geweld uiteengeslagen. Foto ANP.

„We voelen ons migrant in eigen land”, vertelt een Papoeastudente die haar opleiding in Nederland volgt. „We hebben het gevoel dat Indonesië alleen in Papua is voor onze natuurlijke rijkdommen en niet om ons geeft”.

Ze noemt als voorbeeld het Amerikaanse bedrijf Freeport McMoRan, dat de grootste goudmijn ter wereld bestiert midden in een gebied waar vroeger Papoeadorpen waren. Het bedrijf betaalde miljoenen aan de Indonesische schatkist en aan het Indonesische leger, dat de mijn beschermt tegen opstandige Papoea's.

Ze legt uit dat de oorspronkelijke bewoners nauwelijks beter worden van de miljarden die de mijn genereert. „De lokale bevolking kan niet concurreren met de goed opgeleide Javanen en buitenlanders voor de goede banen. Tegelijkertijd gebeurt er weinig om de Papoea's te ontwikkelen”, aldus de studente, die anoniem wil blijven. Veel Papoea's willen volgens haar maar een ding: zelfbeschikking.

Nederland beloofde de Papoea's in de jaren 60 onafhankelijkheid. Maar toen de kolonie onder internationale druk moest worden afgestaan, werd het land van de Papoea's na een voorgekookt referendum Indonesisch grondgebied.

Onder nationalistische leiders die veelal Nederlands onderwijs hadden genoten, kwamen veel Papoea's in opstand. Ze waren echter geen partij voor het Indonesische leger. Onder rebellen en burgers vielen duizenden en mogelijk zelfs tienduizenden slachtoffers.

Indonesie heeft nog altijd tienduizenden militairen en politieagenten in het gebied. Dat moet voorkomen dat Papua zich, net als Oost-Timor in 1999, losmaakt van Indonesië.

De repressie door de veiligheidstroepen is groot. De onafhankelijkheidsvlag, de Morgenster, van de Papoea's is verboden. Net als het volkslied Hai Tanahku Papua en andere symbolen. Betogingen voor onafhankelijkheid worden regelmatig met geweld uiteengeslagen. Mensenrechtenorganisaties melden ook verdwijningen en executies.

Veel mensenrechtenschendingen blijven verborgen voor de wereld, omdat journalisten streng worden gecontroleerd. Onlangs dook echter een filmpje op waarin militairen dorpelingen ondervragen en martelen. De soldaten bewerkten onder andere de genitaliën van een Papoea met een brandende stok. Indonesië moest erkennen dat er gemarteld was, maar de militairen werden alleen veroordeeld voor het negeren van orders.

Jeroen Overweel, directeur van de Nederlandse Stichting hulp aan Papua's in nood (Hapin), ziet geen volksbeweging meer die vecht voor een eigen staat. Volgens hem streven Papoea's vooral naar het recht op ontwikkeling op eigen voorwaarden en respect. Overweel: „Maar als je echt diep in hun hart kijkt, willen ze allemaal onafhankelijk zijn.”