Ambassadeur Junus Effendi Habibie is net tien dagen zwaar ziek geweest maar hij had, benadrukt hij, desnoods willen kruipen om afscheid te nemen van zijn ’oudere broer’. Want: „Deze broer van mij is nodig om Indonesië en Papoea in het bijzonder te helpen opbouwen.”
       De 86-jarige Jouwe hoort de loftuitingen met een klein glimlachje aan. Hoewel het behoorlijk warm is, houdt hij zijn winterjas en wollen sjaal aan. Alleen zijn hoedje legt hij voor zich op tafel neer. Zijn linkerhand leunt op zijn wandelstok. Hij praat Nederlands, Indonesisch en Engels door elkaar.
       Dat Nicolaas Jouwe na 48 jaar terugkeert naar zijn geboortegrond, was een paar jaar geleden nog ondenkbaar. In 1961 werd hij gekozen als hoogste vertegenwoordiger in de Nieuw-Guinea Raad, het nieuwe parlement van de Nederlandse kolonie. Daar streed hij als eerste voor de onafhankelijkheid van zijn eiland. Hij ontwierp de nationale vlag, de Morgenster, die het symbool werd van een vrij Papoea. En hij was de beoogde eerste premier van de onafhankelijke staat West-Papoea. Aan de Papoea’s was immers ’zelfbeschikking’ beloofd.
       Het is er nooit van gekomen. Indonesië lijfde Nieuw-Guinea in en noemde de nieuwe provincie Irian Jaya. Jouwe nam in 1962 de wijk naar Delft om van daaruit zijn strijd voort te zetten en machteloos toe te zien hoe zijn aan grondstoffen rijke land werd leeg geroofd en zijn volk werd onderdrukt. Meermalen verklaarde de ’koning zonder land’ dat hij nooit naar zijn geboortegrond zou terugkeren zolang Papoea niet onafhankelijk is.
              „Met de jaren wordt men wijzer en kennelijk ook milder. Je kunt niet alles hebben wat je wilt”, bagatelliseert hij zijn opmerkelijke ommekeer. „President Yudhoyono heeft me uitgenodigd om te komen. Hij is de eerste president van Indonesië die uit het volk, door het volk en voor het volk is gekozen. Ik moest zijn invitatie accepteren. Temeer daar deze president als filosofie heeft ’leven en laten leven’.”
Of er nog een politieke rol voor hem is weggelegd als hij weer thuis is? Met weer een klein glimlachje: „Ik stel me beschikbaar aan het land en wil voor het Papoeavolk alles doen om geluk en vrede te brengen.” Hij gaat ook praten met de separatistische vrijheidsbeweging OPM. „We moeten bekijken wat haalbaar is. Uw voorvaderen vochten 80 jaar tegen de Spanjaarden en toen hadden de Friezen en de Limburgers ook een andere mening. Dat is bij ons ook zo. Laat ons met rust en laat óns onze zaken regelen.”
       Zoon Nico komt met zijn vrouw en twee kinderen zijn vader uitzwaaien. Vrijdag vertrekt hij zelf ook om twee weken in Jayapura, het vroegere Hollandia, bij zijn vader te blijven. „Hij is zowel voor Papoea als Indonesië een belangrijk man. Ze hebben veel respect voor hem. Er zijn niet veel Papoea’s meer die de hele geschiedenis kennen. Hij gaat er vooral een symbolische rol vervullen als iemand die kan overleggen maar die ook een kritische noot kan uiten. Hij heeft eerder tegen de president gezegd: houd op met Papoea’s te doden en laat de gevangen Papoea’s vrij. Dat is ook gebeurd.”