De agenten werden aangevallen in de buurt van een goudmijn van het Amerikaanse concern Freeport. Het was de vijfde schietpartij in even zoveel dagen bij de Grasbergmijn. Bij de eerdere aanvallen vielen drie doden en negen gewonden.

In Papoea is een autochtone verzetsbeweging actief die Freeport ziet als symbool van overheersing door vreemdelingen die zich verrijken aan Papoea's bodemschatten. De rebellen ontkennen echter iets met de aanslagen van doen te hebben en volgens Indonesische deskundigen beschikken zij ook helemaal niet over de middelen of eenheid om dit soort aanvallen te plegen. Het is jaren geleden dat Papoea-separatisten voor het laatst wapens ter hand namen.

Deskundigen denken dat er eerder sprake is van een machtsstrijd tussen de politie en groepen in het leger die vechten om de lucratieve, illegale inkomsten uit bewakingsdiensten voor de mijnindustrie. "Als ze vinden dat ze niet genoeg 'beschermingsgeld' krijgen, organiseren zij een aanslag om Freeport te laten zien hoe kwetsbaar ze zijn", zei George Junus Aditjondro, een schrijver van boeken opstanden in Indonesië en Papoea-deskundige.

Sinds Papoea in 2001 semi-autonoom werd, ligt de verantwoordelijkheid voor de veiligheid bij de politie, maar in het illegale circuit blijven militairen een aandeel opeisen in de illegale winsten, zeggen de analisten. "Het leger blijft proberen incompetentie van de politie aan te tonen bij het bewaken van buitenlandse belangen", zei Aditjondro. Volgens hem kunnen de aanvallen van afgelopen weekend daar een symptoom van zijn.